In het vorige deel zagen we waarom we vanuit het ideaal vertrekken en hoe de voorstelling van het ideaal of doel werkt.
In dit deel gaat het over de concrete, universele gedachte als basis voor het ideaal of doel.
Aan de basis van een doel of ideaal ligt een concrete, universele gedachte. * (1)
Waar vinden we deze gedachten?
In inspiratieve geschriften met een geestelijke inhoud.
Deze gedachten kunnen ons inspireren bij de zoektocht naar onze doelen. Nu is het belangrijk dat we deze gedachte werkelijk zelf denken en voorstellen. We kunnen deze gedachte niet zomaar overnemen. Er is een eigen bewustzijnsactiviteit nodig. Vb: we zitten vast in een probleem of verschillende problemen. We vinden in een boek van H.Grill de zin "In iedere probleemsituatie ligt een ontwikkelingsmogelijkheid." Je kan de zin zoals een mantra steeds herhalen. Dit kan een stuk helpen maar de veranderingen gebeuren dan vooral op het psychologisch vlak. Het scheppend vermogen, dat enkel de mens bezit, wordt hier nog niet aangesproken. M.a.w. we houden nog onvoldoende rekening met de gehele mens en vooral met zijn scheppend potentieel.
Het bewustzijn en het Ik ( niet het ego maar geestelijk Ik ) kunnen actief ingezet worden als volgt: de zin wordt aandachtig gelezen. Dan beschrijven we gedetailleerd de betekenis van elk woord of begrip op de verschillende nineau's. vb "ontwikkelingsmogelijkheid". Op materieel vlak vb een taal, beroep aanleren, op bewustzijnsniveau vb de drie bewustzijnsinstrumenten (denken, voelen, willen ) scholen door regelmatig bewustzijnsoefeningen uit te voeren. Op geestelijk vlak; Het Ik ontwikkelen door studie van inspiratieve schriften, een kunstwerk of gerecht of iets anders te creëren vanuit een voorstelling van een bepaalde zielsgeestelijke gedachte.
Ook de werkwoorden hebben een bepaalde betekenis vb in deze zin " ligt" . Iets dat ligt is eerder passief. maar iets dat in een situatie ligt kan ook begrepen worden als een potentieel dat nog dient geactiveerd te worden, Het ligt verborgen als een schat met een groot vermogen. Vragen ontstaan zoals; wat ligt er verborgen of latent in iedere mens te wachten en waarop wacht het ?
Vragen zullen dan haast vanzelf naar ons toe komen. Wat willen wij ontwikkelen? Welke capaciteit dient in onze situatie ontwikkeld te worden om efficiënter om te gaan met de situatie?
(Deze vragen begeleiden ons maar hier moeten we terug geduldig zijn en deze vragen niet direct vanuit het intellect willen beantwoorden )
Wanneer we voldoende actief met deze zin gewerkt hebben, kan de volgende stap gebeuren; Je zegt de zin op (luidop of stil ) terwijl je bij ieder woord of begrip een voorstelling maakt. Dit doe je iedere dag , een of twee keer. gedurende enkele minuten tot 5 à 10 minuten .
Geleidelijk aan kunnen er dan inzichten en/ of gewaarwordingen naar je toe komen. Deze inzichten komen niet vanuit de eigen gedachtewereld, gevoelens en verlangens maar wel degelijk vanuit de voorgestelde zin. Dit kan in het begin heel ongewoon aandoen. Dit is nieuw maar hoe meer we oefenen hoe meer we zullen ervaren dat er een werking uitgaat van de voorstelling van een gedachte.
Je kan gewaarworden dat je je minder gevangen voelt in de probleemsituatie. Er komt precies wat meer ruimte, wijdte zodat je terug helderder kan denken en meer overzicht krijgt.
Inzichten komen meestal niet direct maar dagen, weken later en dit vaak in de vorm van een ingeving. Vb. Je ziet opeens nog een andere mogelijkheid om met de situatie om te gaan. Of je beseft dat je bepaalde capaciteiten zou kunnen ontwikkelen. Je ziet in dat je op bewustzijnsvlak verdere stappen kan en wil zetten. Zo komen we dichter bij ons doel.
Je kan bijvoorbeeld tot het inzicht komen dat je eigenlijk alle hindernissen op je weg kunt zien als mogelijkheden om bepaalde kwaliteiten verder of nieuw te ontwikkelen. Mettertijd wordt deze manier van het bekijken van problemen een gewoonte. Je kan bemerken dat je bijvoorbeeld minder lang en minder hevig door probleemsituaties overweldigd wordt en vlugger terug tot een overzicht en rust komt. Mettertijd wordt het gemakkelijker om vrij te blijven van bepaalde zorgen en kan je verdere stappen zetten in je ontwikkelingsproces.
Voetnoot:
*(1) Concrete, universele gedachte:
dit is een gedachte, die voor iedere mens geldig is zowel op materieel alsook op bewustzijns- en geestelijk niveau..
Bij het voorstellen gaat het niet om een fantasie, een inbeelding want hierbij vertrek je gewoonlijk vanuit de eigen gevoelens en verlangens, dus eerder vanuit de eigen subjectieve binnenwereld. Je vertrekt bovendien vanuit het gekende, het oude. Om verder te geraken is er iets nieuws nodig namelijk een concrete, universele gedachte. Deze werkt niet alleen op jezelf maar ook op de wijde omgeving indien ze degelijk voorgesteld wordt.