6. c - Doelen

In de vorige delen beschreven we het waarom van de doelen en hoe we tot doelen komen. 

In dit deel zien we waarom we vanuit een ideaal vertrekken. Verder gaat het ook  over de werking van de voorstelling van het doel of het ideaal.

 

Waarom aanzetten bij het ideaal?  ( en niet vanuit de problemen)

Wanneer we ons richten op een ideaal of doel gaan we een stuk weg van onze eigen emoties, gedachtepatronenen  en  verlangens. Zo worden  we wat vrijer in het bewustzijn. Daardoor kunnen we de andere of de situatie objectiever en  duidelijker waarnemen. Een objectieve waarneming is de eerste stap tot een meer geordend bewustzijn .

Er gaat namelijk  een werking uit van het voorgestelde ideaal.

Door het  voorstellen van het doel ontstaan namelijk levenskrachten  of  etherkrachten. *(1)

Deze nieuwe levenskrachten werken versterkend zowel op mentaal als fysiek vlak. We ontwikkelen meer stabiliteit. Ook in moeilijke situaties kunnen we beter de rust en het overzicht bewaren zodat we de juiste woorden vinden en efficiënt kunnen handelen. 

We ontwikkelen meer sturing over het eigen leven, worden meer onafhankelijk van anderen en van onze eigen vaste gewoontes, vastgeroeste gedachtepatronen, oude kwetsuren,  enz.

Deze etherkrachten werken niet alleen op onszelf maar ook op de medemens en de omgeving. De voorstelling van het ideaal werkt namelijk ruimtescheppend. De andere voelt zich meer vrijgelaten in de communicatie, wordt gewaar dat hij aanvaard wordt zoals hij is, dat er geen verwachtingen aan hem gesteld worden. De communicatie wordt dus ook bevorderd.

Het voorstellend denken werkt verder ook versterkend op de Ik-kracht. Dit niet zozeer in de zin van een uiterlijke sterkte, die zich bijvoorbeeld uitdrukt in het altijd vasthouden aan de eigen mening maar meer  een innerlijke sterkte. Deze ik-kracht hangt nauw samen met onze onsterfelijke kern of geestelijke vonk, die in verbinding staat met de geestelijke wereld. Deze ik-kracht geeft ons o.a.  de mogelijkheid de moeilijkheden in het leven een stuk te kunnen relativeren.  

 

Voetnoot:

*(1) Etherkrachten is een vakterm voor levenskrachten.Dit zijn kosmische, fijnstoffelijke energieën. Ze zorgen voor de opbouw en het instandhouden van alle levende wezens. De mens echter is de enige die ook zelf etherkrachten kan voortbrengen. Dit door het voorstellend, scheppend denken. Zie bv. literatuur: "Voeding en de gevende kracht van de mens" H. Grill